Wat kost een huis?
Vooraleer je door het bos de bomen niet meer ziet, een lijstje met de kosten waaraan je je mag verwachten bij de aankoop van een huis of bouwgrond:
Eenmalige kosten
• Kostprijs huis of bouwgrond. De kostprijs van een huis of van een bouwgrond hangt vooral af van waar het huis of de bouwgrond zich situeert en hoe groot het is. Je krijgt een idee van de prijzen via onze zoekertjes.
• Kosten voor bouw, verbouwingen en opknapwerkjes. In dit onderdeel zitten zowel de materiaalkosten, de kosten voor de vakman als de kosten voor eventuele vergunningen. Uiteraard verschillen de bedragen in dit onderdeel erg sterk omdat het afhangt van hoeveel werk er nog te doen is. Toch is het niet zo dat een sleutel-op-de-deurwoning het goedkoopst is als je het hele kostenplaatje bekijkt. Zelf een huis bouwen of er één kopen waar nog wat werk aan is, is meestal goedkoper.
• Aktekosten en ereloon. Een onroerend goed kopen kan niet zonder de tussenkomst van de notaris. Je zult ook daar dus een bedrag moeten voor opzij leggen. Let op: bij een openbare verkoop zijn de aktekosten aanzienlijk hoger dan bij een onderhandse verkoop.
• Registratierechten. Als je een woning koopt, moet je dat aan de staat melden, zodat hij het kan registreren. De kosten die je daarvoor betaalt, zijn registratierechten. Het bedrag dat je moet betalen is afhankelijk van een aantal zaken, bijvoorbeeld het gewest waar de woning gevestigd is, het kadastraal inkomen van de woning, of het een sociale woning betreft, enzovoort. Meer over registratierechten lees je hier.Verzekeringen
• Woonverzekering. Deze verzekering beschermt je woning en de inboedel tegen brandschade, stormschade en diefstal. Meer erover lees je hier.
• Levensverzekering of schuldsaldoverzekering. De meeste financiële instellingen zullen je vragen een schuldsaldoverzekering te nemen als je een woonkrediet afsluit. Een schuldsaldoverzekering of een levensverzekering geeft de financiële instelling de zekerheid dat de lening of een deel ervan wordt afbetaald als één van de of alle kredietnemers overlijden. Lees meer hier.Jaarlijks terugkerende fiscale lasten
• Kadastraal inkomen. Het kadastraal inkomen, kortweg KI, is het gemiddeld jaarlijks netto-inkomen dat een onroerend goed de eigenaar oplevert als men rekening houdt met de huurmarkt die als referentietijdstip 1 januari 1975 heeft. Dat inkomen moet de eigenaar aan de staat betalen. Het KI wordt vastgesteld door de AKRED, de administratie van het kadaster, de registratie en de domeinen en hangt af van de ligging en de grootte van het onroerend goed. In bepaalde gevallen zoals een ingrijpende verbouwing, kan het KI worden herzien.
• Personenbelasting op onroerend goed. Als het gaat om het huis of appartement waarin je woont, ben je sinds januari 2005 vrijgesteld van deze belasting. Voor andere onroerende goederen telt de belasting wel.
• Grondlasten of onroerende voorheffing. Deze belasting wordt berekend op basis van het KI. Die dien je jaarlijks te betalen. De grondlasten bestaan uit een basisheffing die verschilt van gewest tot gewest en opcentiemen die afhangen van de provincie en de gemeente waarin je woont.
Kortingen, premies en fiscale aftrek
Nu je gelezen hebt met welke kosten je zoal rekening moet houden, zou de moed om een huis of bouwgrond te kopen, je wel eens in de schoenen kunnen zakken. Vooraleer je je plannen verzaakt, bedenk je beter welke kortingen en premies je kunt krijgen en wat je fiscaal kunt inbrengen. Een overzicht:
• Verzekering gewaarborgd wonen. Met deze gratis verzekering kun je onder bepaalde voorwaarden een tegemoetkoming ontvangen indien je onvrijwillig werkloos of arbeidsongeschikt wordt.
• Sociale woning. Onder bepaalde voorwaarden kan je bij de sociale huisverstingsmaatschappij aankloppen voor de koop van een woning die beduidend goedkoper is dan een woning die op de huizenmarkt te koop wordt aangeboden.
• Sociale lening. Onder bepaalde voorwaarden kom je in aanmerking voor een lening waarop je heel weinig rente moet betalen.
• Fiscale inbreng van schuldsaldoverzekering en terugbetaalde intrest en kapitaal. Als je een woonkrediet hebt lopen voor de aankoop, nieuwbouw of verbouwing van een enige eigen woning, kan je de kosten daarvan inbrengen. De regeling daarvoor hangt af van wanneer je de lening hebt afgesloten. Er is een regeling voor leningen die voor 1 januari 2005 zijn aangegaan en een regeling voor leningen die na 2005 zijn aangegaan. Voor leningen die na 2005 zijn aangegaan komt het er concreet op neer dat je jaarlijks per persoon 2.770 euro kunt inbrengen. Als je de lening dus deelt met twee kom je dus op een bedrag van 5.540 euro. Hebben jullie drie kinderen, dan komt daar nog eens 140 euro bij.
• Fiscale aftrek en premies voor energiezuinige investeringen. Wanneer je bij verbouwingen, renovatie of nieuwbouw investeert in energiezuinige maatregelen zoals dakisolatie, dubbele beglazing of zonnepanelen kan je je de facturen bij de belastingen inbrengen en verschillende premies aanvragen. Het is dus zeer zeker de moeite om te kijken wat je zoal kunt terugkrijgen.
Naar de bank!
De bank een bezoekje brengen doe je best al even van tevoren. Dan kan je een schatting maken van hoeveel geld je zou kunnen lenen voor je project. De effectieve afsluiting van je lening doe je dan nadat je het huis hebt gekocht of een bouwproject hebt vastgelegd.
Enkele tips bij het zoeken naar een woonkrediet:
• Bezoek meerdere banken. De voorwaarden voor een lening verschillen immers van bank tot bank. Bezoek vooral de bank bij wie je al klant bent, maar denk niet dat hij je automatisch de beste voorwaarden zal bieden. Bezoek meerdere filialen van dezelfde bank want ook daar kunnen de voorwaarden verschillen.
• Bedenk dat de intrest op woonkrediet die in de banken uithangt, niet vastligt. Mits onderhandelen kan je die officiële intrest naar omlaag halen.
• Staar je niet blind op de jacht naar de laagste intrest. Denk aan het totaalpakket. Je hebt immers misschien een goede intrest gekregen, maar de brandverzekering die je moet afsluiten om een dergelijke intrest te krijgen, kan misschien immens duur zijn.
• Werk met deelkredieten. In plaats van 1 lening met lange looptijd af te sluiten, kies je er beter voor om het te lenen bedrag op te splitsen in meerdere kredieten die over verschillende looptijden lopen. Bijvoorbeeld een lening op 15 jaar en een op 30 jaar. Zo worden de intrestlasten beperkt maar geniet je toch lang van fiscale voordelen.
• Vraag naar een hypothecair mandaat op uw lening. Als je een lening aangaat moet dat worden ingeschreven bij de notaris. Dat kost geld. Je kunt dat bedrag naar omlaag halen door aan je bankier een hypothecair mandaat op je lening te vragen. Dan moet het bedrag niet worden ingeschreven. Probleem is wel dat je op de lening geen fiscaal voordeel meer kunt krijgen van de enige eigen woning. Kijk dus of het wel de moeite is!
• Wees op je hoede. Niet alle instellingen die je een woonkrediet willen geven, zijn even betrouwbaar. Richt je liever tot bekende instellingen dan tot kleine bedrijfjes die je een erg goedkoop krediet willen geven. Lees bij eender welke bank altijd goed de kleine lettertjes! Het kan immers zijn dat je zonder dat je het weet bepaalde verbintenissen aangaat die je liever niet was aangegaan.
Veel succes bij het zoeken naar de perfecte lening!
Let op: dit artikel is gebaseerd op de wetgeving in België.