tuinieren en genieten
plantengids
kind & tuin
gazon
tuinieren
InfoTalia  >  tuin  >  Dieren in de tuin

Vogels voederen in de winter

Hoe meer vogelvoer, hoe meer vogels in mijn tuin, denkt men vaak, maar niets is minder waar. Geef liever kleine hoeveelheden op vaste tijdstippen en zorg voor een veilige voederplek.

Behoefte aan bijkomende voeding
Vogels sterven normaal gezien niet van koude, wel van een langdurige voedsel- en waterschaarste. Ze verzwakken, wat een verstoorde stofwisseling oplevert met het risico op ziektes als gevolg.

Met een lichaamstemperatuur van meer dan 40°C, hebben vogels een erg hoog calorieverbruik. Voor de winter bouwen de meeste vogels een vetreserve op, zodat ze tijdens de koude winternachten hun temperatuur op peil kunnen houden. Hoe strenger de winter, hoe sneller de vogels door hun vetreserve heen zijn, waardoor ze bijkomende voeding nodig hebben.

Wanneer voer je vogels in je tuin?
We kunnen geen exacte datum plakken op het tijdstip waarop je vogels in je tuin mag beginnen voeren. Dat verschilt immers van streek tot streek afhankelijk van de klimatologische omstandigheden. Als je te vroeg voert, verleid je mogelijk sommige vogels om niet naar hun winterverblijf in het zuiden te trekken. Ruwweg kan je zeggen dat je vanaf november mag voeren, op voorwaarde dat:

  • de temperatuur voldoende laag is: met temperaturen vlak boven of onder 0°C.
  • de dagen voldoende gekort zijn, zodat de vogels niet veel tijd hebben om zelf voedsel te zoeken.
  • de vogels geen voedsel meer in de natuur vinden vanwege de bevroren ondergrond.

Het einde van de voederperiode valt rond midden of eind maart. de vogels krijgen dan jongen die nood hebben aan dierlijke eiwitten, waardoor het belangrijk is dat ze zich met insecten voeden. Zaad is erg slecht voor jonge vogels, omdat ze dat nog niet kunnen verteren en eraan kunnen sterven.

Vogels zelf vormen een goede barometer om te beslissen of je ze zal voeren of niet. De laatste jaren worden we meer en meer geconfronteerd met zachte winters met aangename temperaturen. Als het nog niet gevroren heeft in november, kunnen vogels nog heel wat insecten vinden, zodat ze hun vetreserves kunnen opbouwen. Zie je de vogels in je tuin nog ‘trappelen’ om pieren uit de grond te lokken, dan weet je dat je nog even kan wachten met bijvoederen.

Bouw de bevoorrading geleidelijk op en geleidelijk af.

Welk voedsel is geschikt voor vogels?
Kwaliteit en variatie zijn belangrijke aspecten als het neerkomt op vogelvoer.  

Soms denkt men vogels te helpen door bij het begin van de winter een serie vetbollen op te hangen en vogelvoer uit te strooien, waarop de vogels de hele winter moeten teren. Dat is niet zonder meer het geval. Regen, koude en vorst zorgen ervoor dat graan, zaad en andere soorten voer schimmelen en rotten. Bij kleine porties is dat meestal geen probleem omdat de vogels ze snel genoeg verorberen. Anders is het als je grote voedselvoorraden in de tuin hebt. Een meter vogelvoer ziet er misschien wel leuk uit, maar voor de vogels is het dat niet meer, als het voer slecht geworden is. Daarom geef je best ook geen overschotjes van vorige winter aan de vogels, of je moet ze in goede omstandigheden bewaard hebben.

Los vogelvoer kan je gemakkelijk in kleine porties verdelen. Geef de vogels bijvoorbeeld twee maal per dag op een vast tijdstip een handje zaden en granen: ’s morgens en ’s namiddags. Na een tijdje weten ze wanneer het etenstijd is.

Zorg verder voor een gevarieerde voeding. Hoe meer vogels, hoe meer smaken en eetgewoontes:

  • Lijsters, merels, mezen, boomklevers, spechten, spreeuwen en roodborstjes houden van meelwormen, insectenpastei, plantaardig vet, ongezouten spekzwoerd en vetbollen.
  • Vinken, sijsjes, putters, mussen en houtduiven houden eerder van zonnebloempitten, gerst, gierst, gemengde onkruidzaden en havermout.
  • Meerkouten en waterhoenen, maar ook mezen en spreeuwen, hebben een voorkeur voor overrijpe peren en appelen, rozijnen, bessen en krenten.
  • Meeuwen en reigers eten dan weer vis of visafval.

Wil je zelf een voederpot maken voor vogels?

  • Smelt een portie ongezouten vers vet.
  • Stel een evenwichtige mengeling samen met havermout, zemelen, zonnebloempitten, ongezouten en verse pinda’s, amandelnoten, hazelnoten, insectenpastei....
  • Meng vet en vogelvoer door elkaar.
  • Vul hiermee een aardewerken bloempot. Let er wel op dat het mengsel niet uit het gat in de bodem van de bloempot drupt.
  • Wacht nu tot het vet gesteven is.

Soms geeft men pure boter of margarine aan vogels in de veronderstelling dat ze vetten nodig hebben, die producten zijn echter te laxerend voor vogels.

Waar voer je vogels best?
Verspreid de verschillende soorten voeding over meerdere plekken in de tuin, een centraal buffet is niet zo’n goed idee, zeker niet als die vlak bij de woning gelegen is. Koolmezen en roodborstjes zitten weliswaar geregeld op de vensterbank, maar veel andere vogels zoals houtduiven houden liever wat afstand.

Een voedertafel die je vlak bij een raam plaatst, houdt bovendien het risico in dat vogels zich te pletter vliegen.

Strooi eveneens voer op diverse plaatsen in de tuin vanwege de verschillende eetgewoontes. Zaadeters eten op de grond of op de voedertafel, terwijl insecteneters liever beschut onder heggen of struiken of op open plekken eten.

Vers drinkwater voor vogels in de tuin
Bij een zachte winter hoef je geen extra water te voorzien voor vogels. Ook sneeuw maakt drinkschalen overbodig, want de vogels eten dan sneeuw om voldoende vocht binnen te krijgen. Bij langere periodes van vorst hebben vogels wel drinkwater nodig. Normaal gezien drinken de beestjes uit plassen, vijvers, beekjes..., maar bij langdurig vriesweer zijn deze dicht gevroren.

Hoe zorg je ervoor dat de vogels in jouw tuin vers drinkwater vinden? Plaats een ondiepe schaal op een windvrije plek in je tuin waar je zuiver water in giet. Voeg er niets anders aan toe: sommige mensen gebruiken antivries, suiker of zout om het bevriezen van het drinkwater tegen te gaan, maar daar zijn vogels helemaal niet mee gediend. Wat je eventueel wel kan doen is een kaars of gloeilamp bij de schaal plaatsen. Gebruik geen ijzeren of metalen voerderbakjes, daar kunnen vogels aan vastvriezen.

Let erop dat vogels kunnen drinken van de schaal, maar er niet in kunnen baden. Bij vriestemperaturen is het daar veel te koud voor: natte veren kunnen bevriezen en beperken vogels in hun bewegingen, waardoor ze ten prooi kunnen vallen aan roofdieren. Daarom leg je best een rooster of gaas over de schaal. Ijsblokjes serveren die je eerst verbrijzelt met een hamer, zijn ook erg praktisch. Ververs het water verschillende keren per dag.

Tegenwoordig hebben heel wat mensen een vijver in de tuin. Die doet ook prima dienst als drinkplek voor vogels. Strenge vorst legt echter een laagje ijs op de vijver, zodat de vogels ook deze bevoorradingsplaats niet meer kunnen gebruiken. Wat kan je eraan doen? Smelt een gat in de ijslaag met heet water. Op die manier oefen je geen druk uit op het ijs, wat zich voortzet in trillingen onder water. Zo stoor je de vijverfauna niet in hun winterslaap. 

Gevaar: katten op de loer
Tuinen zijn niet altijd even veilig voor vogels: geregeld liggen er katten op de loer. Om te voorkomen dat je huisdier met vogels aan de haal gaat, plaats je de voeder- en drinkschaal best in de buurt van een struik of boven zodat de vogels vlakbij een schuilplek hebben.

Geef je de vogels op vaste tijdstippen eten, dan houd je je kat best binnen op die momenten. Of zorg voor een kattenbelletje zodat de vogels op tijd gewaarschuwd worden als er gevaar op komst is.


© InfoTalia.com | Privacy Policy | Cookie Policy

HOME

tuinieren

plantengids

gazon

kind & tuin