Bij de opening van de Bellagio in 1998 was het meteen duidelijk: het casino overtrof in alles de concurrenten in Las Vegas. Bezieler Steve Wynn (Mirage Resorts) wou dan ook het mooiste hotel ooit te bouwen. Het casino kreeg al snel werelwijde faam; door zijn enorme grandeur, gecombineerd met attracties voor het publiek en zelfs een beetje ouderwetse speelsheid. Het grootste hotelblok staat een tikkeltje afgeschermd van The Strip, achter een 3,2 hectare grote replica van het Italiaanse Comomeer. Maar er is meer. De ingangen zijn versierd met mozaïeken tegels en in de winkel’straten’ loop je op pluchen tapijten naast de designboetiekjes. Er is voorts een gigantische lobby met op de vloer mozaïeken vlinders en insecten en een adembenemende kandelaar aan het plafond. Ben je te gast in het hotel, dan kan je profiteren van een luxe verwenoord en zes zwembaden. Als je de Bellagio zegt, dan zeg je luxe en alles wat je je daar maar kan bij voorstellen. Ten slotte is er nog een kleine kunstgalerij: the Bellagio Gallery of Fine Art met enkele hedendaagse tentoonstellingen.