bereidingswijze
Doe 150g suiker, citroenschil en opengesneden vanillestokje in een pan. Voeg water toe en breng op een matig vuur al roerend aan de kook. Zet het vuur laag een laat de siroop zachtjes koken.
Schil de appelen en verwijder het klokhuis. Leg de appelen in de pan met de siroop en zet er een deksel op. Pocheer de appelen 10min. tot ze beetgaar zijn. Bedruip af en toe en draai ze regelmatig om. Haal ze uit de pan en laat afkoelen.
Smelt de boter in de pan. Voeg de rozijnen en de in stukjes gesneden dadels toe met wat suikersiroop. Laat het geheel 4min. op een laag vuur zachtjes koken. Leg de appelen met enige tussenruimte op een ingevette bakplaat.
Verwarm de oven voor op 160°C.
Klop de eiwitten zeer stijf in een vetvrije kom. Voeg de suiker met 2 koffielepels tegelijk toe en blijf kloppen na elke toevoeging (zo krijgt het eiwit de beste structuur). Voeg de resterende suiker in één keer toe en schep deze snel door het eiwit.
Vul een spuitzak met een gekartelde spuitmond van 1cm met het eiwit. Spuit het eiwit om de appelen heen, van onderen naar boven. Laat boven een gaatje vrij. Schep het fruit (rozijnen en dadels) in de opening en sluit. Bestrooi met poedersuiker en bak ze 20min. in de oven tot ze goudbruin zijn.
Pureer de frambozen voor de coulis samen met de poedersuiker. Zeef de saus om de zaadjes te verwijderen en voeg citroensap naar smaak toe.
Serveer de appelen heet of warm met de frambozensaus eromheen.