Al in de 17e eeuw woonden er Joden in Borculo. In 1840 werd een synagoge gesticht in de Weverstraat, deze is in 1877 vervangen door het huidige gebouw. Een mikwe (badhuis) en een schooltje voor godsdienstonderwijs maakten deel uit van het complex. Synagoge en school liepen flinke schade op bij de stormramp van 1925, de school werd aan de Korte Wal herbouwd. De synagoge werd gedurende de Duitse bezetting eind 1941 in brand gestoken, de heilige voorwerpen waren uit voorzorg eerder al in veiligheid gebracht. Een aantal Borculose Joden wist onder te duiken, maar honderd van de honderdzestig overleefden de naziterreur niet. Een plaquette met de namen van zevenentachtig in de kampen in Oost-Europa omgekomenen bevindt zich in het gebouw, ze hing eerder in het metaheerhuis op de begraafplaats aan de Van Coeverdenstraat.