De behandeling van afvalwater wordt opgedeeld in drie stappen: de voorbehandeling, de biologische zuivering en de nabehandeling. Ook in een individuele behandeling van afvalwater, worden deze drie stappen doorlopen.
De voorbehandeling
Tijdens de eerste fase, de voorbehandeling, wordt het afvalwater opgeslagen en bezinken de vaste deeltjes. die de biologische zuivering zouden kunnen verstoren. De voorbehandeling kan bestaan uit: een voorbezinkingstank, een vetafscheider of een septische put. Bij sommige systemen is de voorbehandeling geïntegreerd in de biologische zuivering. Eventueel kan een bestaande septische put als voorbehandeling gebruikt worden.
De biologische zuivering
Tijdens de biologische zuivering breken de aanwezige bacteriën de afvalstoffen af met behulp van zuurstof. Voor de biologische zuivering bestaan er twee soorten systemen: de compactsystemen (of technische IBA's) en plantensystemen (vb. rietvelden).
De compacte systemen werken met een beluchtingstank, waarbij het afvalwater in contact wordt gebracht met aërobe bacteriën. Het toevoegen van lucht door een geautomatiseerde luchtpomp versnelt het afbraakproces.
Het afvalwater individueel behandelen met een rietveld is niet steeds de meest praktische oplossing. Voor de aanleg van een rietveld is er immers voldoende ruimte nodig, wat in onze dichtbevolkte streken bijzonder schaars is.
De nabehandeling
Bij de laatste fase, de nabehandeling, bezinken de overgebleven vaste deeltjes of worden ze weggefilterd. Het verwijderen van zwevende stoffen, kan gebeuren door bezinking (nabezinktank) of door een filter (bijvoorbeeld een vloeiveld).In het percolatierietveldsysteem vormen de biologische zuivering en de nabehandeling dus één proces.
In de nabezinktank wordt het bacterieel actieve slib gescheiden van het afvalwater. Het actieve slib gaat voor een deel terug in het beluchtingstank. Overtollig slib moet verwijderd worden. Door regelmatige controles door een erkend technicus kan voorkomen worden dat er toch slib zou worden afgevoerd samen met het gezuiverde afvalwater. Wat overblijft is biologisch gezuiverd water dat zonder problemen mag worden geloosd in een beek of waterloop of via infiltratie in de bodem kan verdwijnen.
Wat hoort er thuis in een I.B.A. ?
Wat hoort er niet thuis in een I.B.A. ?
Ten slotte
Om een duidelijk beeld te krijgen van de geplande en bestaande rioleringen en de zuiveringsinfrastructuur in je streek en voor informatie rond subsidies kan je terecht bij het infoloket van de Vlaamse Milieumaatschappij (051/ 726 465) of bij de milieudienst van je gemeente. Noteer ook dat het zuiveren van afvalwater meldingsplichtig is onder rubriek 3.2 van de Vlarem (Vlaams Reglement inzake milieuvergunningen).
